Jan Amos Comenius (Moravië, 1592 - Amsterdam, 1670), pedagoog in de Gouden eeuw



In de Gouden eeuw van de Republiek bestond een manier van opvoeden, die de buitenlander opviel (S. Schama): emotioneler, realistischer en vrijer . Mogelijk is deze beïnvloed door Comenius. Jan Amos Comenius was een bekende pedagoog, die veel waardering kreeg in de Nederlanden. Comenius was al tijdens zijn leven een ereburger van Amsterdam; deze Tsjech wordt nog steeds beschouwd als de grootste pedagoog van deze eeuw. Hij ontwierp een schoolsysteem voor Polen, Zweden en Hongaren. Vanaf 1632 schrijft hij ook in het Latijn. Een groot deel van zijn werk verschijnt bij Nederlandse uitgevers. In de 30-jarige oorlog wordt hij verdreven uit zijn land. In 1648 wordt hij bisschop van de Boheems-Moravische broederschap in ballingschap, die voortbouwt op de ideeën van Huss (1372-1415). Gesteund door de gemeente Amsterdam en enkele rijke Amsterdamse patriciërs (waaronder vanaf 1634 de familie de Geer, in wiens HUIS MET DE HOOFDEN, links, hij drie van de 14 Amsterdamse jaren (1656-1670) woonde, zie gedenkteken op de gevel van Keizersgracht 123) ging Comenius verder met schrijven en publiceren. Voor een deel is dit de periode waarin Spinoza nog in Amsterdam woonde en al begon met zijn werk 'Tractatus Intellectus Emendatione'. Zijn verzamelde pedagogisch-didactische werk Opera Didactica Omnia (1657) droeg hij op aan de stad Amsterdam: 'De meest geliefde onder de steden, het juweel van de Nederlanden en de trots van Europa'. Van zijn hervormingsproject 'De rerum humanarum emendatione consultatio catholica (Algemeen beraad over het verbeteren der menselijke zaken)' verschijnen slechts enkele delen.


Hij hecht belang aan beeldmateriaal en kleuren in het onderwijs. comenius01Omdat in COMENIUS' (rechts) werk net als in dat van Spinoza het intuïtieve verstand een rol speelt, wordt hij hier genoemd. Ook beïnvloedde hij mogelijk Spinoza's sociologische en politieke methodologie; in ieder geval zitten hier duidelijke parallellen in wijze van 'waarnemen' (M.B.). Nog een reden is dat hij zich begeeft  in dezelfde internationale kringen, als waar Spinoza contact mee heeft.  Bekend is bekend dat Pieter de la Court (1618-1685) contact had met Comenius (Frijhoff, 1989). Ook stond werk van Comenius in de boekenkast van Adriaan Koerbagh en staat hij in diens Liber Amicorum.  

 

In 1645 ontmoette hij Descartes, die toen verbleef op het Leidse kasteel Endegeest. Zij konden het echter niet in alles eens worden: Comenius is een holist en een chiliast, Descartes een dualist, die Comenius' vermenging van filosofie en theologie niet kon waarderen.

 

In 1668, schreef Comenius (de patriarch van het licht) zijn beroemde boek ‘Via Lucis’ (De weg van het licht) waarin hij in drie geschriften indringend de drievoudige stralingskracht en werking van het licht onder de aandacht brengt.

Hij verklaart de eerste tekst, het boek van God zelf, als het hoogste geopenbaarde licht.

In het tweede geschrift, Het boek der natuur, laat hij zien dat het goddelijke licht zich in zijn schepping openbaart.

Het derde boek gaat over het mysterie van de mens, de Minutum Mundi, de microkosmos. Dit is de ‘kleine wereld’ waarin de mens tot zelfkennis dient te komen, waardoor hij direct de zich openbarende, levende natuur kan aanschouwen.

Tegenwoordig gebruiken de wetenschappers slechts twee methoden: de analytische (het ontleden tot de kleinste feiten zijn gevonden) en de synthetische (het samenvoegen van allerlei feitelijke inzichten). Comenius onderscheidde daarnaast een derde, de 'syncretische', namelijk een methode waarbij het handig is om bestaande inzichten te vergelijken. (E.J, Dijksterhuis: De mechanisering van het mensbeeld, 1950). Spinoza gebruikt deze methode met name in de TPT . Deze is terug te vinden in de sociologische methode van het maken van ideaaltypes. Spinoza vergelijkt verschillende staatsvormen (o.a. die van de Hebreeërs tijdens Mozes) en probeert te achterhalen, hoe de meest vreedzame staat kan worden bereikt. De wetenschappelijke methode van de fenomenologie, die door Husserl is ontwikkeld, maakt ook optimaal gebruik van de derde kenwijze. Dat het vermogen om razendsnel vergelijkingen kunnen maken diep in onze hersenen zit, valt af te leiden uit de taalverwerving op zeer jonge leeftijd. Spinoza wijst erop dat dit vermogen in de mens, ieder mens, zit en dat de functie van de bijbel vooral in het aanspreken van dit hersengebied zit. De functie van de bijbel is met name het geven van goede voorbeelden, die mensen in hun eigen situatie kunnen toepassen.

Comenius_opvoederAan het eind van zijn leven, van 1656-1670 woonde Comenius (1592-1670) in Amsterdam,  Hij woont een tijdje op de Keizersgracht 123, het 'Huis met de twee hoofden' bij zijn beschermer, de rijke metaal- en wapenhandelaar Laurens de Geer (1622-1666). Hij stond aan het hoofd van een kleine Tsjechische drukkerij en uitgeverij. Vanaf 1662 was hij ook lid van het boekdrukkersgilde. Hij verzorgt onderwijs aan burgemeesters Pieter de Graeff (1638-1707) en Nicolaas Witsen (1641-1717).

100212_Via_LucisComenius1668_2Comenius verzette zich tegen wantoestanden van het opkomend kapitalisme, verwierp de uitbuiting van de koloniën en zocht daarbij steun in de mystiek. Egoïsme in de mens kan men volgens hem het beste bestrijden via de opvoeding. In zijn 'Grote onderwijsleer; de volledige kunst alle mensen alles te leren' stelde hij dat iedereen naar school moet, omdat iedereen dezelfde aanleg tot leren heeft. Ook vrouwen en armen behoorden een opleiding te krijgen.