ETHICA
Ethica_SpinozaDe Ethica is grotendeels geschreven in de Rijnsburgse jaren 1660-1663. Amsterdamse vrienden bespraken in kleine kring bijna voltooide gedeeltes van de Ethica.


Ethica
In meetkundige trant uiteen gezet
en
verdeeld in vijf delen
I   Over God
II  Over aard en oorsprong van de geest
III Over aard en oorsprong van de *aandoeningen
IV Over de menselijke knechtschap of de macht van de aandoeningen
V  Over de macht van het vertstand of de menselijke vrijheid

*= aan emoties gekoppelde voorstellingen en ideeën

Wanneer de moeilijke wiskundige methode uit de eerste hoofdstukken wordt overgeslagen (je hoeft ook niet alles van electriciteit te weten om het lichtknopje te bedienen), en de conclusie wordt over genomen dat mensen niet alleen van de apen afstammen, maar zelfs van de sterren, waarmee hij een kern gemeen heeft, namelijk een verlangen om in het bestaan te volharden èn waarmee hij een eenheid vormt, kan de aandacht vooral gaan naar Ethica IV en V.  Hier toont hij aan dat in de  mens dit natuurlijk streven zit, zowel op zichzelf gericht als onderdeel uitmakend van een groter geheel, dat hetzelfde streven deelt. Aan dit streven zit een zoeken vast naar verbetering, naar 'zo perfect mogelijk'. Het emotionele leven geeft een richting aan, maar het is zaak door na te denken de juiste richting te vinden want de menselijke emoties die zich verbonden hebben met bepaalde voorstellingen, leiden al gauw af in een richting die niet werkelijk tot volharding in het bestaan en verbetering leidt, die leidt tot meer 'knechtschap' dan nodig is.


Door met verstandelijk inzicht primaire impulsen (primaire reacties op bepaalde voorstellingen) te managen, kan de mens zich (samen met anderen) bevrijden. Voor het managen wordt het inzicht aangereikt dat  verdriet-gevende prikkels en impulsen kunnen worden verdreven ('ontkend') door deze te vervangen door in te gaan (het 'bevestigen' van) op vreugde-gevende impulsen. De ervaring leert dat de deugd vreugde geeft, toch blijkt het moeilijk zich steeds hierop te richten.


Waar de eerste delen van de Ethica meetkundig zijn opgezet, is dit in de laatste delen verlaten. Spinoza geeft in het meest ethische deel van zijn Ethiek een beschrijving van mensen, die in zijn ogen 'onder leiding van de Rede leven'. Hij noemt daarbij dingen die hij niet wiskundig bewijst, bij voorbeeld dat je maar beter kan trouwen als je kinderen wilt hebben. Uit de teksten valt ook te concluderen dat Spinoza uitgaat van een sociale instelling in de mens, waardoor de mens die onder leiding vanr de Rede leeft, wil dat een ander net zo gelukkig is als hijzelf.